Ordnung muss sein. Dat is evident. De verstandige weet echter dat het vooruitziend is om naast de ordestructuur een filiaal vrij te houden waar chaos huishoudt en de onverwachte verandering de enige heerser is. Wie kan de orde begrijpen als hij daarnaast niet ook een diepe verstandhouding heeft met de onzichtbare krachten die zijn ware grondslag vormen?